Soms is een gewoon hoortoestel geen geschikte hooroplossing. Als het slakkenhuis nog voldoende hoort, kan een beengeleidingshoortoestel een oplossing zijn. Andere woorden voor een beengeleidingshoortoestel zijn BAHA of BCD (Bone Conduction Device). In deze folder leest u meer over de werking van een BCD en waar u een BCD kunt proberen
Wie komt in aanmerking voor een BCD?
Voor een gewoon hoortoestel is altijd een oorstukje of dopje nodig dat in de gehoorgang gaat. Soms lukt het niet om een oorstukje te plaatsen, bijvoorbeeld als de gehoorgang dicht zit (gehoorgang atresie) of omdat een oorstukje problemen met de gehoorganghuid of oorontstekingen veroorzaken.
Als het slakkenhuis nog voldoende werkt, kan een BCD uitkomst bieden omdat dit type hoortoestel geen gebruik maakt van de gehoorgang.
Er zijn twee fabrikanten die BCDs maken. De BCD van het merk Cochlear heet BAHA. De BCD van het merk Oticon heet Ponto. Een BCD wordt ook vaak BAHA genoemd omdat dit de eerste BCD was.
Hoe werkt een BCD?
Geluid bestaat uit trillingen in de lucht. Bij normaal horende mensen gaan die trillingen via de gehoorgang, het trommelvlies en de gehoorbeentjes naar het slakkenhuis (het binnenoor).
Het slakkenhuis is ons gehoororgaan. Daar worden de geluidstrillingen doorgegeven naar de hoorzenuw.
Een normaal hoortoestel maakt het geluid harder en stuurt het dan via een oorstukje naar de gehoorgang. Als dit niet lukt, kunnen de trillingen ook via het schedelbot doorgegeven worden aan het slakkenhuis. Zo werkt een BCD. Als een BCD de trilling via het schedelbot doorgeeft, zijn de gehoorgang, het trommelvlies en de gehoorbeentjes niet nodig.
Een BCD kan de trillingen op verschillende manieren doorgeven aan het schedelbot. Voorbeelden zijn een speciale beugel (Soundarc), een elastieke band (softband of soundband) en een implanteerbaar schroefje in de schedel. De BCD kan hierop geklikt worden en geeft dan de trillingen door aan de schedel.
Voor meer informatie kunt u terecht op de website van de KNO vereniging: www.kno.nl/patienten-informatie/oor/bcd
Hoe krijgt u een BCD in Amsterdam UMC?
Uw huisarts of KNO arts kan u doorverwijzen naar Amsterdam UMC als hij/zij denkt dat een BCD een goede oplossing voor u is. U krijgt dan een gesprek bij een KNO arts en bij een klinisch fysicus audioloog.
De KNO arts geeft uitleg over de operatie en beoordeelt of de operatie nodig is. De klinisch fysicus audioloog bespreekt met u wat een BCD voor u kan betekenen. Ook laat hij/zij u horen hoe een BCD klinkt (op een beugel).
Als het nodig is mag u de BCD een week thuis uitproberen. Samen met de klinisch fysicus audioloog en KNO arts beslist u of u een BCD krijgt.
Soms vragen we een ziekenhuis in de buurt deze operatie uit te voeren omdat onze wachttijden lang zijn.
Hoe wordt een BCD op een implantaat geplaatst?
Het plaatsen van een BCD gebeurt doorgaans in dagbehandeling onder lokale verdoving. In overleg met uw KNO arts is plaatsing onder narcose ook mogelijk.
Er wordt een snee (2-3 cm) gemaakt in de huid, juist achter/boven het oor. Het titanium implantaat van 4 mm wordt in het schedelbot achter het oor bevestigd en bestaat uit een schroef en een verbindingsstuk. Het verbindingsstuk zal permanent door de huid steken.
De operatie duurt ongeveer een uur en is weinig belastend.
Bij kinderen kan er voor worden gekozen de operatie in twee fasen uit te voeren. Tijdens de eerste fase wordt de schroef onder de huid in de schedel geplaatst, maar steekt het niet door de huid heen. Als de schroef na 2-3 maanden is vastgegroeid, wordt het verbindingsstuk (dat door de huid steekt) bevestigd.
De reden voor het in twee fasen uitvoeren van de operatie bij kinderen is dat het implantaat zo beter in de schedel kan vast groeien. De schroef kan bij kinderen namelijk makkelijker los raken, omdat kinderen zachter bot hebben.
Complicaties
Zoals bij iedere operatie kunnen ook bij een BCD-operatie complicaties optreden; een infectie of onverwachte bloeding. Ook op langere termijn kunt u infecties rond het implantaat oplopen. U wordt dan ook geadviseerd de huid rond het implantaat dagelijks te verzorgen. In een enkel geval kan een ernstige infectie leiden tot uitval van het implantaat en zal het implantaat in een nieuwe operatie herplaatst moeten worden.
Hoe gaat het verder als u een BCD heeft gekregen?
Na de operatie moet het schroefje eerst goed vastgroeien in de schedel. Na ongeveer 3-6 weken krijgt u het BCD toestel door het audiologisch centrum uitgeleverd. Wij zullen het toestel dan programmeren voor u en met u oefenen om het op te klikken.
U mag elke 5 jaar een nieuw BCD toestel. Wij noemen dit een upgrade. Als u in aanmerking komt voor een upgrade, kunt u zelf contact met ons opnemen voor een afspraak. Als u al meerdere jaren niet op het audiologisch centrum bent geweest, is een nieuwe verwijzing nodig. Wij zullen u dan vragen om een nieuwe verwijzing te regelen via uw huisarts.
Wat kost een BCD?
Iedere 5 jaar krijgt u een nieuwe BCD vergoed via uw zorgverzekering. Uw bezoeken aan Amsterdam UMC worden vergoed, maar gaan wel van uw eigen risico af. Om de BCD te gebruiken moet u zelf batterijen kopen. Ook adviseren wij om een verlies- en diefstalverzekering af te sluiten. De premie daarvoor betaalt u zelf.