Uw arts heeft u doorverwezen naar de Maag-Darm- Leverziekten omdat er besloten is een stent te plaatsen in de slokdarm. Een stent is een flexibel metalen buisje dat in de slokdarm wordt geplaatst. Dit doen wij als er sprake is van een vernauwing in de slokdarm die veroorzaakt wordt door een kwaadaardig gezwel. Soms plaatsen wij ook een stent bij een goedaardige vernauwing. De slokdarmstent zorgt ervoor dat speeksel en voedsel makkelijker passeren naar de maag.

Hoe bereidt u zich voor op de behandeling?

Voor het plaatsen van de stent moet u vanaf 24.00 uur ’s nachts nuchter zijn. Dat wil zeggen dat u vanaf dit tijdstip niet meer mag eten en drinken.

Gebruikt u medicijnen?

Bent u diabetespatiënt? Gebruikt u bloedverdunners via de trombosedienst? Gebruikt u een combinatie van 2 verschillende bloedverdunners (zoals ascal, carbasalaatcalcium, persantin of clopidogrel)?

Of uw medicijnen aangepast moeten worden hoort u na het gesprek met uw behandelend arts.

Gebruikt u hartmedicatie? U mag deze met een slokje water gewoon innemen.

Sedatie

Het onderzoek wordt onder diepe sedatie uitgevoerd. Hierover leest u meer in de aparte folder ‘Sedatie met Propofol bij onderzoek of behandeling’.

Het onderzoek kan alleen met diepe sedatie uitgevoerd worden als u begeleiding regelt. De begeleider kan in het ziekenhuis wachten of gebeld worden om u te komen halen.

Hoe gaat het plaatsen van een stent?

Gedurende het onderzoek wordt u begeleidt door de arts, endoscopieverpleegkundigen en een anesthesiemedewerker.

  • U meldt zich 15 minuten voor de afgesproken tijd bij de balie van de afdeling Endoscopie.
  • De verpleegkundige haalt u op en brengt u naar de herstelkamer.
  • U wordt verzocht om knellende kleding los te maken of uit te doen. U krijgt een blauw schort om aan te trekken.
  • U krijgt een infuusnaaldje en een polsbandje met uw gegevens.
  • In de onderzoekskamer wordt u door de arts, verpleegkundige en anesthesiemedewerker ontvangen en wordt de procedure kort met u doorgenomen. Uw gegevens worden gecontroleerd.
  • De anesthesiemedewerker gaat uw vitale functies bewaken (o.a. bloeddruk, hartfrequentie, zuurstofgehalte in uw bloed door een ‘knijpertje’ op uw vinger).
  • Loszittende gebitsdelen moet u uit doen.
  • U gaat op uw linkerzij op het bed liggen en u krijgt een bijtring tussen de kaken ter bescherming van de gastroscoop en uw gebit.
  • Vervolgens krijgt u de medicatie toegediend.
  • De arts brengt de gastroscoop achter in uw keel.
  • Wanneer er slijm in uw mond komt zal de endoscopie-verpleegkundige dit wegzuigen. Deze behandeling gebeurt onder röntgendoorlichting.
  • Wanneer de stent geplaatst is en de positie onder röntgendoorlichting gecontroleerd is, laat de anesthesiemedewerker u rustig wakker worden.
  • Het is niet mogelijk dat uw begeleider aanwezig is bij het onderzoek.
  • Het onderzoek duurt gemiddeld een half uur.

Complicaties

Tijdens het plaatsen van de stent kan er een scheurtje in de slokdarm ontstaan. Dit wordt meestal direct op de behandelkamer geconstateerd en verholpen.

Het is mogelijk dat u een bloeding krijgt door het plaatsen van de stent. Deze stopt meestal spontaan, anders wordt de bloeding tijdens de behandeling gecontroleerd.

Een luchtweginfectie of een longontsteking kan het gevolg zijn van het zich verslikken in de maaginhoud. Aangezien u nuchter bent als u de behandeling ondergaat, is het risico heel klein.

Na het onderzoek

  • U wordt naar de herstelkamer gebracht.
  • Uw vitale functies (bloeddruk, hartfrequentie en het zuurstofgehalte in uw bloed) worden minimaal een uur geobserveerd.
  • U moet onder toezicht een slokje water drinken om te kijken of het drinken goed gaat.
  • Als u goed wakker bent en uw lichamelijke conditie goed is dan wordt de infuusnaald verwijderd. Na overleg met de arts en/of de anesthesiemedewerker mag u met begeleiding de afdeling verlaten.

Welke complicaties kunnen optreden direct na plaatsing van de stent?

Na het plaatsen van de stent kunt u pijn hebben achter het borstbeen of in de rug. Meestal verdwijnen deze klachten binnen enkele dagen. Als de klachten aanhouden kunt u overleggen met uw behandelend arts voor adviezen. In zeldzame gevallen wordt de stent verwijderd vanwege aanhoudende pijnklachten.

Sommige patiënten krijgen last van zuurbranden. Dit betekent dat maagzuur of maaginhoud vanuit de maag omhoog komt. Dit is met name het geval wanneer de stent door de slokdarm-maag overgang is geplaatst. Als dat het geval is, moet u dagelijks een maagzuurremmend medicijn gebruiken. Wij adviseren u ook het hoofdeinde van het bed te verhogen met behulp van klossen (ongeveer 20 cm) om te voorkomen dat maaginhoud naar boven komt als u ligt. Ons advies is eveneens om de laatste twee uur voor het slapen gaan, niet meer te eten zodat uw maag niet helemaal vol is wanneer u gaat liggen.

Welke complicaties kunnen optreden wat later na plaatsing van de stent?

  • De stent kan uit de slokdarm in de maag zakken. U merkt dan dat de passage van voedsel weer moeizaam gaat. U moet bij deze klacht contact opnemen met uw behandelend arts voor overleg of buiten de kantooruren met de dienstdoende MDL-arts.
  • De stent kan verstopt raken met voedsel. U krijgt dan passageklachten voor eten en drinken. Neem in dit geval contact op met uw behandelend arts.
  • Door het plaatsen van een stent is er een zeer kleine kans dat er een verbinding tussen de luchtwegen en de slokdarm ontstaat, een fistel. U merkt dit doordat u bij iedere hap/slok direct moet hoesten. U moet ook bij deze klacht direct contact opnemen met uw behandelend arts.

Wat mag u wel en niet doen na plaatsing van de stent?

U mag vrij snel (1-2 uur) na het plaatsen van de stent weer beginnen met drinken. Als het drinken goed gaat, dan mag u de eerste 24 uur (1e dag) weer voorzichtig beginnen met vloeibare/gepureerde voeding. Als het innemen van vloeibare/gepureerde voeding na 24 uur goed gaat, dan mag u de 2e dag terug naar uw normale voedingspatroon. Met uitzondering van de onderstaande voedingsmiddelen om zo de kans op verstopping van de stent te verminderen.

  • Vlees/gevogelte met bot (bv karbonades, spareribs, kippenbouten en kippenvleugels)
  • Biefstuk, draderige vleeswaren zoals rosbief, rookvlees en fricandeau. Snijd deze vleeswaren eerst klein.
  • Vis met graten
  • Grote stukken fruit (bv appel, peer) en groenten (bv wortel, bloemkoolroosjes, champignons, radijs)
  • Draderige groenten ( bv. bleekselderijstengels, rabarber, asperges, taugé)
  • Zuurtjes, drop, popcorn, toffees
  • Noten
  • “Kleffe” voedingsmiddelen (bv witte bolletjes, pannenkoeken die niet goed gaar zijn)

Een aantal algemene adviezen:

  • Zit goed rechtop tijdens de maaltijd.
  • Ga niet met een volle maag naar bed.
  • Eet langzaam en kauw goed.

Snijd of pureer uw warme maaltijd indien u niet goed kunt kauwen. Maak gebruik van frequente kleine maaltijden.

Neem altijd iets te drinken bij de maaltijd. Alle dranken zijn toegestaan. De voorkeur gaat uit naar koolzuurhoudende dranken omdat deze ervoor zorgen dat de stent niet zo snel verstopt raakt. Het drinken spoelt het eten mee naar de maag.

Thuis

Wij vragen u direct contact op te nemen met onze endoscopie afdeling als:

  • U kort na het plaatsen van de stent koorts krijgt.
  • U aanhoudend hoest gekoppeld aan eten en drinken.
  • Het eten niet wil zakken.
  • U aanhoudend pijn houdt achter het borstbeen ondanks pijnstilling.

Afdeling Endoscopie, locatie VUmc:

via 020-4441125.

Buiten kantooruren kunt u bellen naar telefoon 020-4444444 (telefooncentrale VUmc) en vragen

u door te verbinden met de dienstdoende MDL-arts.

Neem bij ieder bezoek aan het Amsterdam UMC mee:

  • een legitimatiebewijs (paspoort, gemeentelijk identiteitsbewijs of rijbewijs)
  • actueel medicatieoverzicht
  • verzekeringsbewijs

Vragen?

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan contact op met de afdeling Endoscopie:

Locatie VUMC: 020-4441125