Uw behandelend arts heeft met u besproken dat een renografie bij u verricht moet worden. Dit is een onderzoek naar de doorbloeding en functie van de nieren en de urineafvoerwegen. Het totale onderzoek duurt ongeveer 1 uur.

Voorbereiding

  • Als u zwanger bent, dit vermoedt of borstvoeding geeft, dient u dit aan uw behandelend arts te melden.
  • In overleg met uw behandelend arts moet u eventueel het gebruik van uw medicijnen staken, zoals plaspillen of medicijnen voor een hoge bloeddruk. Zo niet, dan moet u uw medicijnen gewoon blijven innemen.
  • U mag onbeperkt drinken.
  • U hoeft niet nuchter te zijn voor dit onderzoek.
  • Bij kinderen tot 12 jaar wordt het infuus op kinderpoli ingebracht, hiervoor krijgt u een aparte afspraak.

Het maken van de scan

Nadat u zich gemeld heeft voor het onderzoek moet u een halve liter water drinken. U heeft ongeveer 15 minuten om dit op te drinken. Het water zorgt ervoor dat u tijdens het onderzoek voldoende urine kunt produceren.

Ter voorbereiding op het onderzoek krijgt u een infuus in de arm. Door dit infuus wordt eerst het medicijn Furosemide toegediend en later een radioactieve stof. Deze stof geeft geen bijwerkingen. De Furosemide zorgt ervoor dat de urineproductie wordt gestimuleerd en moet ongeveer 10 minuten inwerken. Vlak voor het maken van de scan wordt u gevraagd naar het toilet te gaan.

Voor de scan moet al het metaal verwijderd worden, inclusief kleding waar metaal aan zit. U kunt zich bij de scan omkleden.

Tijdens het maken van de scan ligt u op een bed. Direct na injectie wordt gedurende 20 minuten een scan gemaakt. Het is belangrijk dat u goed stil blijft liggen tijdens de scan. Een geringe verschuiving kan problemen veroorzaken bij het beoordelen van de scan.

Direct na de scan moet u weer naar het toilet. U wordt gevraagd om de urine op te vangen in een maatbeker. Zo kan de laborant aflezen hoeveel urine u heeft geproduceerd tijdens het onderzoek.

Het kan voorkomen dat een aanvullende scan gemaakt moet worden.

U kunt direct na het onderzoek weer doen wat u gewend bent. De meeste stoffen verlaten via de urine het lichaam. Het is daarom aan te bevelen om de rest van de dag wat meer te drinken dan u gewoonlijk doet. Op die manier wordt de overtollige radioactieve stof snel uit het lichaam gespoeld. Het is gewenst dat heren zittend plassen.

Uitslag

De foto's moeten eerst op de computer worden bewerkt voordat ze door een arts van de afdeling kunnen worden beoordeeld. De arts maakt een verslag van het onderzoek en stuurt dit naar uw behandelend arts, die u de uitslag geeft.

Belangrijk

Wij verzoeken u vriendelijk om op tijd aanwezig te zijn voor het onderzoek. De stoffen worden speciaal voor u klaargemaakt en zijn maar kort houdbaar. De afspraken zijn voor ieder onderzoek weer anders daarom luistert het schema erg nauw. Omdat het onderzoek kostbaar is stellen wij het op prijs dat u ons tijdig op de hoogte stelt indien u verhinderd bent.

Vragen

Als u nog vragen heeft over het onderzoek kunt u contact met ons opnemen van maandag t/m vrijdag tussen 8.00 – 16.00 uur, telefoon (020) 444 4200.

Voor medische vragen moet u contact opnemen met uw behandelend arts.

Alle folders kunt u opvragen via de poli van uw behandelend arts of via onze website www.amsterdamumc.nl , locatie VUmc. Ga naar alle specialismen/centra, daar kiest u voor Radiologie en nucleaire geneeskunde. Onder Patiënteninformatie radiologie en nucleaire geneeskunde staan alle folders.

Informatie over radioactiviteit en straling

Straling is overal om ons heen; in de bodem, in muren van woningen, in ons voedsel en in het lichaam zelf. Dit heet natuurlijke straling. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van kunstmatige straling voor uiteenlopende toepassingen, zoals medische onderzoeken. In grote hoeveelheden kan straling schadelijk zijn. De hoeveelheid die u krijgt toegediend tijdens dit onderzoek is echter zo laag, dat de kans op schadelijke gevolgen voor u verwaarloosbaar is. De stralingsdosis is te vergelijken met de dosis die u krijgt bij een röntgenonderzoek. De toegediende stof heeft geen bijwerkingen en na enkele uren is de meeste straling al weer verdwenen. Familie of vrienden lopen geen extra risico en kunnen u veilig begeleiden. Houd wel rekening met zwangere vrouwen en kleine kinderen. We raden het zeer af om zwangere vrouwen en/of kinderen mee te nemen naar het onderzoek. De arts of laborant die u begeleidt kan u daar meer over vertellen.

Zwangerschap en borstvoeding

Ongeboren baby’s zijn veel gevoeliger voor radioactieve straling dan volwassenen. Wanneer u zwanger bent of denkt het te zijn, dan moet u dit melden vóórdat u de injectie krijgt. Na overleg met uw behandelend arts kan besloten worden om ,in het belang van het kind, de hoeveelheid radioactiviteit aan te passen of het onderzoek uit te stellen tot na de zwangerschap.

Sommige radioactieve stoffen komen in de moedermelk terecht. Geeft u borstvoeding, dan moet u dit melden vóórdat u de injectie krijgt. Wij kunnen u dan vertellen of het nodig is om tijdelijk de borstvoeding af te kolven. De voeding is in de meeste gevallen na enkele dagen in de koelkast of vriezer gewoon te gebruiken.