Deze tekst informeert u over een nierscan; de DMSA-scan. Waarom dit onderzoek wordt uitgevoerd, hoe het verloopt en wat belangrijk is om te weten.

Waarom een DMSA-onderzoek?

Met een DMSA-onderzoek is het mogelijk de werking van de nieren te beoordelen. Dit onderzoek wordt bijvoorbeeld gebruikt om te onderzoeken of er een beschadiging van het nierweefsel te zien is. Dat kan gebeurd zijn als u een urineweginfectie of behandeling met chemotherapie heeft gehad. Zo’n beschadiging kan plaatselijk zijn of in het gehele nierweefsel.

Hoe is de voorbereiding op het onderzoek?

Voor dit onderzoek zijn geen speciale voorbereidingen nodig.

Hoe gaat het onderzoek?

U krijgt een injectie in een ader in uw arm met een kleine hoeveelheid radioactieve vloeistof. De nieren nemen deze vloeistof langzaam op. Om ervoor te zorgen dat de vloeistof goed wordt opgenomen moet u in de wachttijd 0,5 tot 1 liter extra drinken. Tijdens de wachttijd kunt u de afdeling verlaten.

Kinderen onder de 12 jaar moeten een infuus laten prikken op F8-Zuid (kinderafdeling) voordat ze op de afdeling Nucleaire Geneeskunde komen.

Tijdens de scan ligt u op een onderzoekstafel. Vanuit verschillende richtingen worden foto’s gemaakt. Om uw nierfunctie te berekenen is het mogelijk dat wij een buisje met een radioactieve vloeistof op uw buik leggen. Het is voor de kwaliteit van het onderzoek belangrijk dat u zo stil mogelijk ligt.

Bij kleine kinderen kunnen wij gebruik maken van een vacuümkussen om de kinderen stil te laten liggen.

Hoe lang duurt het onderzoek?

Het onderzoek duurt in totaal 2.5 uur.

De injectie duurt 5 minuten. Hierna volgt een wachttijd van 2 uur. Deze tijd hoeft u niet op de afdeling te verblijven. Het maken van de foto’s duurt 30 minuten.

Uitslag van het onderzoek

Nadat de scan gemaakt is, en voordat u de afdeling kan verlaten, wordt de kwaliteit en volledigheid van het onderzoek beoordeeld door een arts (nucleair geneeskundige). Naar aanleiding van deze beoordeling kunnen aanvullende (extra) opnamen gemaakt worden. Als extra opnamen nodig zijn, neemt dit meer tijd in beslag. Op een later tijdstip wordt het onderzoek nauwkeurig bekeken door een nucleair geneeskundige. Deze maakt een verslag voor uw behandelend arts. Uw behandelend arts zal de uitslag met u bespreken.

Wat zijn de bijwerkingen en risico’s?

Voor zover bekend, zijn er geen bijwerkingen en risico’s aan het onderzoek verbonden.

Bent u zwanger of geeft u borstvoeding?

Wanneer u zwanger bent of denkt dit te zijn, moet u dit melden voor het onderzoek begint. Als het voor u niet strikt noodzakelijk is, stellen wij het ongeboren kind niet bloot aan straling. Ook als u borstvoeding geeft, moet u dit bespreken met de nucleair geneeskundige.

Hoe komt u op de afdeling Nucleaire Geneeskunde?

Om de afdeling te bereiken, neemt u de hoofdingang van het AMC. Binnengekomen loopt u rechtdoor naar het centrale plein (F/G plein of Verheyplein) en steekt dit over. Links achterin neemt u de lift naar de tweede verdieping van bouwdeel F. Wanneer u de lift uitkomt, vindt u de afdeling aan de rechterkant. U kunt zich daar melden bij de balie (F2-Noord).

Wat moet u meenemen?

Als u van uw arts een aanvraagformulier gekregen heeft, moet u dit meenemen. Verder moet u een geldig identiteitsbewijs, uw ziekenhuispas en uw verzekeringspapieren meenemen.

Waarom moet u op tijd komen?

De radioactieve vloeistof, die nodig is voor het onderzoek, wordt speciaal voor u klaargemaakt. Het is daarom belangrijk dat u op tijd aanwezig bent. Als u niet op de afgesproken tijd aanwezig kunt zijn, neem dan zo snel mogelijk contact met ons op.

Heeft u nog vragen?

Mocht u na het lezen van deze informatie nog vragen hebben dan kunt u die gerust stellen als u op de afdeling komt, voordat het onderzoek begint.

Heeft u vragen die verband houden met de voorbereiding van het onderzoek, bijvoorbeeld over het gebruik van medicijnen, dan kunt u contact opnemen met de afdeling Nucleaire Geneeskunde. Wij zijn op werkdagen bereikbaar van 08:00-12:00 uur en 13:00-16:00 uur via tel: 020-5662775. U kunt natuurlijk ook contact opnemen met uw behandelend arts.