De kamer
Op de Intensive Care worden patiënten behandeld, verpleegd en bewaakt met behulp van allerlei apparatuur. Zie figuur 1. Hier ziet u onder andere het bed, de monitor, de beademingsmachine en infuuspompen.
Figuur 1: De kamer, foto Swen Vuijst
De patiënt
Patiënten op de Intensive Care zijn ernstig ziek of zijn om een andere reden opgenomen. Ze zien er soms door alle slangetjes (infusen, sonde, beademingsbuis) en plakkers op het lichaam en in het gezicht anders uit. Zie figuur 2.
Figuur 2: De patiënt,foto Swen Vuijst
De monitor
Elke patiënt is aangesloten op een bewakingsmonitor die onder andere de hartslag (groen), ademhaling (wit), het zuurstofgehalte in het bloed (blauw) en de bloeddruk (rood) bewaakt. Regelmatig komt het voor dat de apparatuur 'alarm' geeft. Er zullen dan lampjes oplichten of er is een pieptoon te horen. De signalen hebben niet per definitie te maken met een levensbedreigende alarmering. Er klinkt bijvoorbeeld ook een signaal als een medicijnpomp bijna leeg is.
Daarnaast kan het voorkomen dat op de monitor naast het bed van uw naaste alarmsignalen binnenkomen van een andere patiënt. De alarmen worden ook gehoord en gezien wanneer de verpleegkundige in een andere patiëntenkamer is. Zie figuur 3.
Figuur 3: De monitor, foto Swen Vuijst
De infuuspompen
Een patiënt krijgt vocht en medicatie toegediend via een infuus. Dit wordt gegeven met behulp van infuuspompen. Zie figuur 4.
Figuur 4: De infuurspompen,foto Swen Vuijst