In deze folder leest u algemene informatie over een operatie aan de bijnier, ook wel adrenalectomie genoemd.

Het Amsterdams Centrum voor Endocriene en Neuro-endocriene Tumoren van Amsterdam UMC (AcCENT) is gespecialiseerd in de zorg voor patiënten met bijnierkanker. U kunt hier terecht voor informatie, behandeling en begeleiding.

U heeft 2 bijnieren. Ze liggen boven op uw nieren en zijn ongeveer 1 centimeter groot.

De bijnieren maken belangrijke hormonen, zoals:

  • adrenaline – helpt bij stress
  • cortisol – zorgt voor energie en afweer
  • aldosteron – regelt de balans van zout en
  • vocht in uw lichaam.

Bij een adrenalectomie verwijdert de chirurg 1 of beide bijnieren.

Waarom is een operatie nodig?

De arts verwijdert 1 of beide bijnieren als:

  • er een gezwel (tumor) zit in de bijnier
  • de bijnier te veel hormonen maakt
  • als er uitzaaiingen in de bijnier zijn.

Bij sommige ziekten, zoals het syndroom van Cushing, een feochromocytoom of het Conn-syndroom, is een operatie nodig.

Als 1 bijnier wordt weggehaald, kan de andere meestal het werk overnemen.
Als beide bijnieren worden verwijderd, moet u levenslang medicijnen slikken die de hormonen vervangen.

Voor de operatie

Voor de operatie wordt u 1 of meerdere dagen opgenomen in het ziekenhuis. Tijdens uw opname u wordt 1 of meer dagen opgenomen in het ziekenhuis.

U spreekt met de anesthesioloog (de arts die de narcose geeft) en met de chirurg.

Zij leggen uit welke medicijnen u moet gebruiken voor, tijdens en na de operatie.

Vanaf middernacht voor de operatie mag u niets meer eten of drinken, behalve een klein beetje water voor uw medicijnen.

Voor uw opname:

  • neem een douche of bad
  • was uw haar
  • poets uw tanden
  • verwijder make-up en nagellak
  • laat sieraden thuis.

Op de opnamedag spreekt u met verschillende zorgverleners, zoals de verpleegkundige, zaalarts en chirurg.

Op de dag van de operatie mag u niet roken.

Haal uw contactlenzen of gebitsprothese uit als dat nodig is.

U krijgt operatiekleding aan en soms een rustgevend middel.

Daarna brengt een verpleegkundige u naar de operatiekamer.

Tijdens de operatie

Er zijn 2 manieren om de bijnier te verwijderen:

  1. Buikoperatie – de chirurg maakt een snee aan de zijkant van de buik om de bijnier
  2. met het gezwel te verwijderen.
  3. Kijkoperatie (laparoscopie) – de chirurg maakt 4 tot 5 kleine sneetjes in de buik.
  4. Via deze openingen gebruikt hij een camera en kleine instrumenten.
  5. De buik wordt gevuld met koolzuurgas, zodat de organen goed zichtbaar zijn.

De operatie gebeurt onder algehele narcose en duurt meestal 2 tot 3 uur. Soms moet de chirurg tijdens een kijkoperatie alsnog overstappen op een gewone buikoperatie.

Na de operatie

Na de operatie gaat u eerst naar de uitslaapkamer (recovery). Daar blijft u een paar uur, soms een nacht. U krijgt vocht of medicijnen via een infuus.

Bij een buikoperatie is de wond groter. Soms is er een drain geplaatst om wondvocht af te voeren. Bij een kijkoperatie zijn de sneetjes kleiner en krijgt u meestal alleen pleisters.

U kunt spierpijn krijgen in uw zij of rug, omdat u tijdens de operatie op uw zij lag.

Het verwijderde weefsel wordt onderzocht door de patholoog. De uitslag krijgt u na ongeveer 10 dagen.

De opnameduur verschilt

  • na een buikoperatie: meestal 5 tot 10 dagen,
  • na een kijkoperatie: meestal 2 tot 4 dagen.

Mogelijke complicaties

Elke operatie kan complicaties hebben. Mogelijke problemen zijn:

  • Nabloeding: er kan een bloeding ontstaan na de operatie. De arts stopt deze zo snel mogelijk.
  • Wondinfectie: de wond kan rood, warm en pijnlijk worden. Soms krijgt u koorts.
  • Beschadiging van organen: bij de linker bijnier liggen de milt en alvleesklier dichtbij; bij de rechter bijnier de lever. Deze organen kunnen bij de operatie soms licht beschadigd raken.
  • Tekort aan cortisol: als beide bijnieren zijn verwijderd of nog niet goed werken, kunt u te weinig cortisol hebben. U kunt dan een lage bloeddruk krijgen of last van duizeligheid. Dit wordt behandeld met medicijnen.

Weer terug naar huis

Regel vervoer en iemand die u kan helpen als u naar huis gaat.

De hechtingen lossen meestal vanzelf op. Als dat niet zo is, vertelt de arts wanneer ze verwijderd worden.

Gebruik een pleister of gaasje zolang er nog vocht uit de wond komt.

Vermoeidheid

Na de operatie kunt u lang moe zijn. Dat is normaal. Uw lichaam heeft rust nodig om te herstellen. Zorg voor voldoende slaap en rustmomenten. Probeer ook gezond en eiwitrijk te eten en regelmatig te bewegen om uw conditie op te bouwen.

Activiteiten

U kunt uw dagelijkse activiteiten langzaam uitbreiden. Plan rustmomenten tussendoor.

De eerste 6 weken:

  • til niet meer dan 10 kilo
  • doe geen zwaar huishoudelijk werk, zoals stofzuigen of ramen lappen.

Sport

De eerste 6 weken mag u niet intensief sporten en geen buikspieroefeningen doen.

Zwemmen mag pas als de wond goed gesloten is en de hechtingen zijn verwijderd.

Wilt u begeleiding bij het opbouwen van uw conditie? Een fysiotherapeut kan u helpen.

Seksualiteit

Er zijn geen medische redenen om te wachten met seks, maar het is normaal als u er even geen behoefte aan heeft.

Wanneer contact opnemen

Neem direct contact op met het ziekenhuis bij:

  • koorts boven 38,5°C
  • toenemende pijn, roodheid of zwelling van de wond
  • aanhoudende misselijkheid of braken
  • duizeligheid of flauwvallen
  • wanneer de wond plotseling weer gaat lekken.

Begrippenlijst moeilijke woorden

Alvleesklier (pancreas) – orgaan dat hormonen en spijsverteringssappen maakt.

Conn-syndroom – ziekte waarbij de bijnier te veel aldosteron maakt.

Feochromocytoom – zeldzame bijniertumor die veel adrenaline maakt.

Hechtingen – draadjes of strips om een wond te sluiten.

Hormonen – stoffen in het lichaam die organen helpen werken en boodschappen geven.

Infuus – buisje voor het geven van vocht of medicijnen in het bloed.

Lever – groot orgaan rechtsboven in de buik met veel belangrijke functies.

Milt – orgaan linksboven in de buik, onderdeel van het afweersysteem.

Patholoog – arts die weefsel onderzoekt.

Syndroom van Cushing – ziekte met te veel cortisol in het lichaam.

Contactgegevens

Polikliniek GIOCA, chirurgische oncologie en Amsterdams Centrum voor Endocriene en Neuro-endocriene Tumoren (ACCENT)

Amsterdam UMC, locatie VUmc - de Boelelaan

receptie H, begane grond

openingstijden: 09.00 – 16.30 uur.

  • telefoon 020 444 11 00
  • website: www.amsterdamumc.nl/nl/accent/home.htm
    • Zorgeenheid 6B/6C 020 444 21 60 of 020 444 22 60
    • Polikliniek Heelkunde/afsprakenlijn: 020 444 11 00 (doorkiesnummer 1, 1, 4)
    • Secretariaat Heelkunde 020 444 11 00 (doorkiesnummer 1, 3, 2)
    • Algemeen nummer van het ziekenhuis 020 444 44 44

Planning

Het planningsbureau neemt contact met u op wanneer u geopereerd kan worden.

Als u vragen heeft over de planning van uw operatie kunt uw contact opnemen met het planningsbureau.

  • telefoonnummer 020 444 34 19 (maandag t/m vrijdag tussen 9.00- 10.00 uur).